Mijn Amerikaanse vader woont al vijftig jaar in Nederland. Na de eerste verkiezingen waarbij Trump won, hebben hij en zijn vrouw de naturalisatieprocedure doorlopen en zijn Nederlander geworden. Toch gaan de gesprekken bij hen thuis nog steeds over politiek, vooral over de Amerikaanse politiek. De angst overheerst, en de gesprekken bestaan uit stelligheden en voorspellingen: ‘Wie gaat er winnen?’, ‘Ze zullen toch niet zo gek zijn?’… En zéker nu Trump heeft gewonnen: ‘We gaan ten onder.’
Op mijn 38e ben ik zelf serieus gaan onderzoeken waar ik sta in de wereld en wat dit betekent voor mijn politieke keuzes. Ik ontdekte daarbij twee dingen. Eén: ‘Ik ben niet gek, de wereld staat gewoon op zijn kop!’ En twee: het wereldwijde politieke spel draait om macht en eigendom.
In deze context voelde ik me niet thuis in rechts liberalisme, maar ook niet in links moralisme. Ik ben vóór een vrije markt, maar tegen aandeelhouderskapitalisme. En ik ben vóór eerlijke welvaartsverdeling, maar niet als dat van bovenaf wordt bepaald.
Tussen deze uitersten zie je een voortdurende wisselwerking, waarin mens en natuur worden uitgeknepen. Sla een willekeurige krant maar open: de gezondheidszorg, het woninggebrek, bomen die moeten wijken voor zonnepanelen – alles raakt steeds meer verstrikt in de gekte van de staat/marktcombinatie. Eigenlijk gaat het allang niet meer om zorg, woningnood of natuur, maar om de machten achter het eigendom dat daarachter zit.
Stel je voor dat eigendom (geld, bedrijven, grond, vastgoed) écht ‘van zichzelf’ zou zijn, los van de grip van machthebbers… Dan zou er een basis kunnen ontstaan voor een echt vruchtbare nieuwe samenleving.
‘Van zichzelf’ betekent: onttrokken aan speculatie van de markt en staatsbemoeienis. Dit gaat voorbij de polarisatie van links en rechts. Het werkt als een omkering van álles: van de grond af zoeken we naar nieuwe vormen van samenleven en toewijzen van geld, grond, vastgoed en bedrijven. Het fijne is: geld stroomt dan alleen nog naar mensen, die zelf ook waarde toevoegen aan de samenleving.
Ik voel mij nog steeds niet thuis bij links of rechts, maar ben nu tien jaar bezig met zoeken naar hoe dit ‘van zichzelf zijn’ kan werken. Hoe ziet zo’n samenleving eruit? Vrijheid komt tot uitdrukking in ontwikkeling (in plaats van materialisme en eigendom). Het samenleven wordt een proces van gezamenlijk onderzoek (in plaats van opgelegde normen en waarden). ‘Gelijkheid’ komt voort uit een open, gezamenlijke toewijzing van eigendom (in plaats van opgelegde regels uit de zogenaamd vrije markt), met de gezondheid van de Aarde als vanzelfsprekende voorwaarde. Wij noemen dit: Vrij, Gelijk, Samenleven.
‘Is dit niet gewoon het Rijnlandse model?’ vragen mensen weleens. Hoewel het Rijnlandse denken het welzijn van het geheel als uitgangspunt neemt, zie ik uitwerkingen ervan die leiden tot een versnippering van macht en eigendom voor iedere stakeholder. Wat mijns inziens ontbreekt, is de fundamentele omkering dat we onderdeel zijn van een geheel. En binnen dat geheel moet ieder mens een waardig bestaan kunnen hebben. Dat vraagt een neutralisatie van macht- en eigendomsverhoudingen. Ik zie het zo, dat de Vrij, Gelijk, Samenleving een verdere vervolmaking in zich draagt, van wat er ooit met het Rijnlands denken nagestreefd werd.
De uitslag van de presidentsverkiezing ontnam me even de adem… Totdat ik dacht aan al die ondernemers, initiatiefnemers en zoekenden die proberen hun ideeën, grond of bedrijven écht ‘van zichzelf’ te maken… Terwijl ik rustig mijn adem weer uitblies, dacht ik terug aan begin november, toen wij samen met een groep van hen werkten aan de oprichting van een kapitaalorgaan. Hiermee willen we, los van machtsstructuren en vrij van privaat-eigendom, gaan oefenen hoe geld zó kan stromen dat het de samenleving als geheel ten goede komt. Daar is geen politiek voor nodig, alleen bereidwilligheid, openheid en wilskracht van een mens om op zoek te willen gaan naar zijn eigen plek in de wereld en de ander daarin ècht te willen ontmoeten.
Toegegeven; zelf eigenaar worden over die realiteit is superspannend en gaat gepaard met golven van angst, twijfel en vraagstukken van zelfwaarde. Maar nu hebben we onze zelfwaarde, angst en twijfel uitbesteed aan de politiek en de markt… Je zou bijna kunnen zeggen: ‘lekker makkelijk, om je er steeds weer over op te winden’ terwijl je eigenlijk al zeker weet dat ze het dáár zeker niet voor je gaan oplossen!
Ik zie het zo:
- De samenleving is te belangrijk om aan de politiek over te laten.
- De samenleving is óók te belangrijk om aan de huidige vrije markt over te laten.
En jij kan, als mede-creator van deze samenleving, zelf beginnen met het onderzoek naar hoe jij wil samenleven.
Er is hoop.
Jennifer Benson